Van Swieten Society

Onze nieuwste Cd, “Beethoven’s Salon Symphonies”!

De officiële presentatie vond plaats tijdens het Beethoven Weekend in het Muziekgebouw aan ’t IJ te Amsterdam op 2 en 3 Mei 2014.

Beluister fragment van Symphonie no. 5 in C minor, op. 67

Beluister fragment van Symphonie no. 3 in E-flat major, op. 55 “Eroica”

De symfonieën van Beethoven waren aan het begin van de 19e eeuw ongekend populair. Echter, uitvoeringen van deze meesterwerken waren relatief zeldzaam en lang niet alle burgers waren in de positie om regelmatig symfonische concerten te bezoeken. Veel muziekliefhebbers waren daarom aangewezen op bewerkingen om toch van hun lievelings- symfonieën te kunnen genieten. Waar een vraag is, ontstaat aanbod en dus kwam er een stroom bewerkingen op gang van de symfonieën van Beethoven, in bezetting variërend van piano vierhandig tot negenkoppig blazersensemble.

 Beethoven zelf had gemengde gevoelens over het verschijnsel bewerkingen. Hij vond dat eigenlijk alleen de componist zelf in staat was om zijn composities echt goed te bewerken voor andere bezettingen. Zelf bewerkte hij zijn eigen werk veelvuldig: zo schreef hij zijn tweede symfonie om voor pianotrio, en maakte hij van het kwintet voor piano en blazers een prachtige versie voor piano en drie strijkers. 

In sommige gevallen is niet helemaal duidelijk of een bewerking door Beethoven werd gemaakt of alleen door hem werd geautoriseerd. De versies voor blazersensemble van de zevende en de achtste symfonie zijn waarschijnlijk van de hand van Beethoven zelf, maar dat is geen uitgemaakte zaak. Er waren dus wel degelijk componisten en arrangeurs die de strenge toets der kritiek van de meester konden doorstaan.

Eén van die componisten was de ster-leerling van Beethoven, Ferdinand Ries (1784-1838). Diens bewerking van de derde symfonie voor pianokwartet is misschien wel de beste van allemaal: het stuk behoudt zijn symfonische grandeur, maar is door de uitgekiende instrumentatie ook een volwaardig kamermuziekstuk.

De bijzondere zorg die Ries aan dit arrangement heeft gewijd, is misschien te verklaren uit het feit dat hij nauw betrokken is geweest bij het ontstaan van de symfonie. Naar eigen zeggen was Ries degene die Beethoven het nieuws bracht dat Napoleon zichzelf tot keizer had laten kronen, waarop Beethoven in woede ontstak en het titelblad met daarop de opdracht aan Napoleon van de partituur afscheurde, verfrommelde en op de grond smeet. Ries was ook aanwezig bij de eerste repetitie van de symfonie. Daarbij maakte hij de onvergeeflijke fout om hardop te klagen over de eerste hoornist, die naar het idee van Ries de reprise van het eerste deel vier maten te vroeg inzette, niet wetende dat zijn geniale leermeester dat precies zo had opgeschreven. Het kwam Ries bijna op een oorvijg van Beethoven te staan. In het arrangement van Ries zijn de bewuste noten uit de hoornpartij in de pianopartij beland; Ries zal zich zijn pijnlijke blunder zeker hebben herinnerd toen hij het arrangement voor het eerst uitvoerde.

Sommige componisten grossierden werkelijk in bewerkingen: Johann Nepomuk Hummel (1778-1837), zowel een vriend als een directe concurrent van Beethoven, bewerkte al diens symfonieën voor piano, fluit, viool en cello. Ook deze transcripties zijn van hoge kwaliteit, zoals het arrangement van de vijfde symfonie bewijst. De opzet is echter geheel anders dan bij Ries: Hummel schreef in feite een arrangement voor piano solo, waarbij de overige instrumenten de piano verdubbelen in plaats van aanvullen.

Er waren nog meer componisten die alle symfonieën van Beethoven voor een bepaalde combinatie bewerkten: bekende, zoals Franz Liszt (piano solo) en minder bekende, zoals Hugo Ulrich (piano vierhandig). Het lijdt geen twijfel dat de symfonieën van Beethoven in zijn tijd (maar ook lang daarna nog) in de meeste gevallen niet in symfonische bezetting werden gespeeld, maar in een bewerking voor piano of ensemble. Met de toename van het aantal beroepsorkesten werd het belang van deze bewerkingen kleiner; de uitvinding van de grammofoonplaat maakte er compleet een einde aan. De Van Swieten Society stelt zich tot doel om deze vergeten stijl weer tot leven te wekken, compleet met de oorspronkelijke instrumenten en de bijbehorende expressiemiddelen.